14-12-2015
Iedere werkgever ontvangt in het laatste kwartaal van 2015 een beschikking van de Belastingdienst met daarin een aankondiging van de gedifferentieerde premie Werkhervattingskas (WHK) die de werkgever in het jaar 2016 verschuldigd zal zijn. De premie is gerelateerd aan het arbeidsongeschiktheidsrisico en/of de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen die zijn verstrekt aan (ex-)werknemers. Het is zaak dat de beschikking goed gecontroleerd wordt, omdat er helaas geregeld fouten worden gemaakt die grote financiële consequenties kunnen hebben.
Tegenwoordig bestaat de gedifferentieerde premie WHK uit drie premiecomponenten.
Het eerste component betreft de ‘WGA-lasten vaste dienstbetrekkingen’ en ziet toe op de WGA-uitkeringen die zijn uitgekeerd aan (ex-)werknemers die op de eerste ziektedag en op de laatste dag van de wachttijd (nog steeds) bij de werkgever in dienst waren. Het premiecomponent ziet derhalve toe op de WGA-uitkeringen die worden toegekend aan het vaste personeel. De premie van de werkgever die eigenrisicodrager voor de WGA is, bedraagt overigens 0%.
Het tweede component betreft de ‘WGA-lasten flexibele dienstbetrekkingen’ en ziet toe op de WGA-uitkeringen die zijn toegekend aan ex-werknemers die op de eerste ziektedag bij de werkgever in dienst waren, maar gedurende de wachttijd ziek uit dienst zijn getreden of aan ex-werknemers die tijdens de nawerking van de Ziektewet arbeidsongeschikt zijn geraakt. Deze ex-werknemers komen na het einde van het dienstverband in aanmerking voor een Ziektewetuitkering, waarna aan het einde van de wachttijd alsnog recht kan ontstaan op een WGA-uitkering.
Het derde component betreft de ‘ZW-lasten’ en ziet toe op de Ziektewetuitkeringen die zijn toegekend aan ex-werknemers nadat zij ziek uit dienst zijn getreden. Ook indien een ex-werknemer arbeidsongeschikt raakt binnen vier weken na het einde van het dienstverband bij de werkgever, zonder anderszins opnieuw voor de Ziektewet verzekerd te zijn geraakt (bijvoorbeeld omdat hij een WW-uitkering ontvangt of omdat hij een nieuwe werkgever heeft), komt de hem toegekende Ziektewetuitkering voor de werkgever zijn risico. Dat binnen vier weken na het eindigen van de verzekering voor de Ziektewet alsnog recht kan ontstaan op een Ziektewetuitkering, wordt de nawerking van de Ziektewet genoemd. De premie van de werkgever die eigenrisicodrager voor de Ziektewet is, bedraagt 0%.
Bij een kleine werkgever met een jaarloonsom van minder dan € 319.000,- wordt de premie sectoraal bepaald. Dit betekent dat de werkgever niet wordt afgerekend op de daadwerkelijke instroom van (ex-)werknemers in de Ziektewet en de WGA.
Indien de werkgever een middelgrote werkgever is met een jaarloonsom tussen € 319.000,- en € 3.190.000,- dan wordt de premie deels sectoraal en deels individueel bepaald. Hoe hoger de jaarloonsom, hoe groter de invloed van de daadwerkelijke instroom in de Ziektewet en de WGA op de premie.
Als grote werkgever met een jaarloonsom vanaf € 3.190.000,- wordt de premie – binnen bepaalde bandbreedtes – individueel bepaald. De individueel bepaalde premie, die geldt voor grote werkgevers en deels voor middelgrote werkgevers, is begrensd.
Bij de berekening van de verschuldigde premie in het jaar 2016 wordt gekeken naar de door UWV betaalde WGA-uitkeringen en Ziektewetuitkeringen in het jaar 2014. Bij de berekening van de premie, zoals weergegeven op de achterzijde van de beschikking, vindt de werkgever het totaalbedrag van de uitkeringen die aan de (ex-)werknemers zijn verstrekt en aan de werkgever wordt toegerekend. Er wordt echter niet nader gespecificeerd aan welke (ex-)werknemers deze uitkeringen zijn verstrekt. Om hieromtrent duidelijkheid te krijgen, is het raadzaam een specificatie op te vragen bij de Belastingdienst. Uit deze specificatie kan de werkgever opmaken welke uitkeringen zijn gedaan aan de (ex-)werknemers in het jaar 2014 en daarmee welke uitkeringen voor de werkgever zijn rekening en risico komen.
Bij het controleren van de specificatie dient u (onder andere) op het volgende te letten, aangezien de uitkeringen gedaan aan bepaalde groepen (ex-)werknemers niet aan de werkgever doorbelast mogen worden:
Ook zaken als een fusie, een splitsing, een overgang van onderneming of de beëindiging van het eerdere eigenrisicodragen van de WGA of de Ziektewet, maken dat extra oplettendheid bij de controle van de beschikking gedifferentieerde premiepercentage WHK geboden is.
Indien blijkt dat uitkeringen onterecht aan de werkgever worden doorbelast, dan is het zaak hiertegen in bezwaar te gaan. Naar aanleiding van dit bezwaar kan door de Belastingdienst een nieuw premiepercentage worden vastgesteld. Het bezwaar dient binnen zes weken aangetekend te worden. Indien er meer tijd nodig is, dan kan de werkgever binnen zes weken pro forma bezwaar aantekenen.
Heeft u vragen over de juistheid cq controle van de beschikking gedifferentieerde premiepercentage WHK neem dan contact op met uw accountant. Voor al uw andere vragen, kunt u uiteraard contact met ons opnemen.
27-11-2017 0
01-07-2015 0
1x per maand en altijd makkelijk opzegbaar.
Reactie toevoegen